groep 4 - herhalingstaak - cat. K1-W1

Doel
- De leerlingen kunnen klankwoorden en weetwoorden onderscheiden
.

Dit is een herhalingstaak. Over de categorieën van deze taak is instructie gegeven in de volgende lessen:
- K1: klankwoorden mkm, mmkm - Spelling in beeld a, blok 1, les 1
- K2: woorden met sch~ - Spelling in beeld a, blok 1, les 3
- W1: woorden met ei - Spelling in beeld a, blok 1, les 2
- W2: woorden met ij - Spelling in beeld a, blok 1, les 4

Materialen
- taakbladen (groep 4 - H - K1-W1)
- antwoordbladen (groep 4 - H - K1-W1)
- uitlegkaarten a (groep 4 - K1), (groep 4 - K2), (groep 4 - W1), (groep 4 - W2)

Activiteiten
Laat de leerlingen de taakbladen voor zich nemen en de opdrachten doorwerken.

Tips voor begeleid leren
Extra bij Uitleg
- Wijs op de grote groep van klankwoorden. Dat zijn woorden die je correct kunt spellen door het woord in klanken te hakken, te bepalen welke letters bij die klanken passen en die letters vervolgens in de goede volgorde op te schrijven.
Bij het schrijven van klankwoorden pas je de elementaire spellinghandeling toe, het spiegelbeeld van de elementaire leeshandeling. Bij het leren lezen van eenvoudige woorden gaat het om het samenvoegen (‘plakken’) van losse klanken tot woorden, bij het leren spellen gaat het juist om het losmaken (‘hakken’) van klanken die in een woord als één geheel klinken.
- Wijs op de groep weetwoorden. De leerlingen hebben in blok 1 kennisgemaakt met woorden met de klank /ij/. Bij die woorden kun je niet horen of je ze met ei of ij schrijft. Je kunt niet op de klanken afgaan. Daarom zijn het geen klankwoorden, maar weetwoorden: je moet onthouden hoe je bepaalde klanken schrijft.
- Noem de woorden met de klank /ou/. Daarvoor geldt hetzelfde als voor woorden met de klank /ij/: je kunt niet horen of je ze met ou of au schrijft. Daarom kunnen leerlingen begrijpen dat ook woorden met de klank /ou/ weetwoorden zijn, ook als zij de instructie over woorden met ou en au nog niet gevolgd hebben.
- Laat leerlingen die moeite met spelling hebben, regelmatig verwoorden waarom een woord een klankwoord of juist een weetwoord is. Kinderen die spelling moeilijk vinden, hebben de neiging snel te gaan gokken. Gevraagd naar de aanpak die ze bij het schrijven van een woord hebben toegepast, zeggen ze vaak: ‘O dat woord, dat weet ik gewoon...’ Het kunnen noemen van een passende strategie bij het schrijven van eenvoudige woorden helpt hen later bij het benoemen en verwoorden van de moeilijkheden in meer ingewikkelde woorden.

Overigens: om de spellingleerstof in dit opzicht overzichtelijk te houden, start Spelling in beeld in groep 4 met slechts twee strategieën (de klankstrategie en de weetstrategie). Pas in les 5 van blok 3 wordt daaraan de regelstrategie toegevoegd.